De Biesbosch

Over de Biesbosch

In de Biesbosch begon het met een stormvloed de Sint-Elizabethsvloed in de nacht van 18 op 19 november 1421. Het gebied was oorspronkelijk polderland, maar veranderde indie nacht in een binnenzee. Dankzij het water uit Maas en Waal werd het een zoetwaterdeltagebied. Uit zand en rivierslib ontstonden zandplaten, waar vooral biezen goed op groeiden. Vandaar de naam 'Biesbosch'. Eeuwenlang verdienden griendhakkers, rietsnijders en biezenvlechters er een karige boterham. In 1970 werd het Haringvliet afgesloten. De grote verschillen tussen eb en vloed verdwenen en daarmee de griend- en rietcultuur. De wilgenakkers verruigden en de natuur kreeg vrij spel. En nu broeden hier weer zeearenden en visarenden.

Zoetwater getijdengebied

Staatsbosbeheer heeft vanaf 1958 steeds meer delen van de Biesbosch aangekocht. Op de voormalige polders en grienden mag de natuur weer haar gang gaan. Rietlanden verruigen, grienden groeien uit tot echte wilgenbossen. Aan de hand van oude rivierkaarten zijn oude, dichtgeslibde kreeklopen hersteld.

Sinds 1994 is de Biesbosch een nationaal park en is een belangrijk zoetwatergetijdensysteem dat ruimte bied aan allerlei unieke soorten planten en dieren.